Diversiteit & inclusiviteit

Het is feest! Nine en Mella vieren Keti Koti in het park met al hun vrienden en Tante Pop. Ze gaan naar een verrassingsbruiloft aan het water, ze feesten mee met Holi-Phagwa, en ze vieren rode-haren-dag met Benthe.
Met carnaval trekken ze de mooiste en gekste kostuums aan! Amir nodigt Mella uit voor Eid-al-fitr, maar het is daar thuis een saaie boel,
want Amirs oma is er niet bij. Totdat Mella een oplossing bedenkt!

Een feestelijk voorleesboek waarin een plekje is voor iedereen..

Met illustraties van Maruga Koops.

Je mag zijn wie je bent! Die levensles leert Kikker in Kikker is Kikker. Hij kan niet vliegen zoals Eend, niet zo goed lezen als Haas en geen taarten bakken zoals Varkentje. Maar hij kan wel zwemmen en springen als de beste. En zijn vrienden houden van Kikker voor wie hij is.

Dat niet iedereen hetzelfde hoeft te zijn, is de hartverwarmende boodschap in dit prentenboek over de geliefde dierenvrienden van Max Velthuijs.

Dolfje Weerwolfje is een icoon, ook op het gebied van diversiteit. Dolfje is anders, maar hoort toch helemaal bij Pa, Ma en Timmie. Zij houden juist heel erg van anders! Dolfje wil eerst helemaal geen weerwolf zijn, maar hij ontdekt dat anders zijn dan anderen juist prima is. Dolfje komt ook op voor iedereen die anders is.

Op een vanzelfsprekende en subtiele manier laat Paul van Loon dit in elk nieuw deel van Dolfje Weerwolfje weer opnieuw zien. Al meer dan twintig jaar lang putten veel kinderen hier kracht en inspiratie uit. Anders zijn is prima!

Jasper weet dat hij op jongens valt, zijn ouders weten het ook. Verder nog niemand. Zijn oma heeft het uit zichzelf al begrepen. Zij geeft hem een regenboogriem; als hij die draagt, heeft hij geen woorden nodig. Jasper legt de riem achter in zijn kledingkast. Maar dan breekt na een lange, hete zomer de eerste schooldag aan. Durft Jasper de regenboog te dragen? Prachtig en van binnenuit beschrijft Dolf Verroen het universele verlangen om te kunnen zijn wie je bent.

Met illustraties van Charlotte Dematons.

Jason Reynolds (1983) las voor het eerst een boek uit toen hij zeventien was. Dit kwam omdat hij weinig verhalen zag waarin hij zichzelf, als zwarte jongere, herkende. Met zijn gedichten en boeken wil hij daar verandering in brengen en in Amerika lukt dat – hij is een van de meest geroemde eigentijdse schrijvers van jeugdboeken.

Voor Let goed op heeft Reynolds de Carnegie Medal (de Britse Gouden Griffel) gewonnen. Volgens o.a. The New York Times, Kirkus en The Today Show is het ook het beste boek van het jaar.

Dit boek is een eerbetoon aan 100 grensverleggende Zwarte vrouwen en meisjes die hun dromen waarmaakten door hun onverwoestbare Black Girl Magic. Het is een leerzame reis door de tijd waarin hedendaagse helden als tennisser Naomi Osaka en astronaut Jeanettte Epps worden afgewisseld met historische helden als piloot Bessie Coleman en keizer Taytu Betul. En niet te vergeten de helden van eigen bodem als politicus Sylvana Simons, arts Sophie Redmond, journalist Natasja Gibbs en spokenwordartiest Zaïre Krieger. Dit boek is het resultaat van het werk van Zwarte vrouwelijke en non-binaire schrijvers, illustratoren en redacteuren.

De negentienjarige Liesbeth heeft het gevoel dat ze nergens bij hoort. Ze kan thuis moeilijk omgaan met haar ouders en zusje. Als ze samen met haar vriend Beer gaat helpen op een kamp voor autistische kinderen, overdenkt Liesbeth waarom ze het toch vaak zo moeilijk vindt om in een groep te zijn. Wat is er precies met haar aan de hand?

Blauwtje is deels autobiografisch, waardoor Lydia Rood van Liesbeth écht een personage van vlees en bloed heeft gemaakt, iemand waar vele jongeren die met zichzelf in de knoop zitten zich in zullen herkennen.

Dit flapjesboek beantwoordt belangrijke vragen over racisme op een directe, begrijpelijke en tot nadenken stemmende manier. Het is geschreven door Jordan Akpojaro, met advies van kinderpsycholoog Dr Aayesha Mulla en het educatieve goede doel Show Racism the Red Card.

Vragen en antwoorden over racisme geeft advies over hoe mensen op racisme kunnen reageren, legt uit wat ‘wit privilege’ betekent en waarom racisme ieders probleem is. Met duidelijke tekst en heldere illustraties, die zorgen voor een toegankelijk boek met impact.

De kinderen krijgen een nieuwe juf. Ze heeft een mooie hoofddoek om. Na het spelen vraagt de klas nieuwsgierig: ‘Juf… wat voor haar heb je?’ ‘Nou, wat denken jullie?’ vraagt ze. Alle kinderen laten hun fantasie de vrije loop. En als niemand het goed heeft, belooft de juf dat ze de volgende dag haar haren zal laten zien…

Raad je mee?

Kamalia Talhaoui geeft al jaren met liefde les in de eerste groepen van de basisschool, in klassen met grote diversiteit. Ze schreef dit boek naar haar eigen ervaring. Speels geïllustreerd door Natascha Stenvert.

Sterre vindt het spannend om naar de brugklas te gaan. Ze is doof, maar wil absoluut geen tolk mee naar school. Wat ze wel wil? Vooral niet opvallen! Het begint goed, maar al snel merkt ze dat ze dingen mist: grapjes, informatie van de docenten. En dan heeft ze ook nog het idee dat iedereen over haar praat. Wanneer ze met haar dove vrienden is, gaat alles zó veel makkelijker… Waar hoort ze thuis?
Freek zit in de jaren ’50 op een internaat voor dove kinderen. Daar moet hij eindeloze spraaktrainingen volgen. Zijn ouders schamen zich voor hun doofheid, en verbieden Freek om gebarentaal te gebruiken als anderen het kunnen zien. Na de zoveelste aanvaring met een lerares wordt het hem te veel. Hij loopt weg.

Op een bijzondere manier vervlechten Caja Cazemier en Martine Letterie de verhalen van twee dove tieners – een in het heden en een in het verleden – die allebei hun plek zoeken in de wereld.